De klok is weer een uur verzet, het is echt herfst nu. Ik zit op mijn thuiswerkplek deze blog te schrijven, buiten hoor ik de wind gieren rondom het huis. Het is altijd een drukke periode voor ons als raadsleden. Na de zomer zijn er veel dossiers die weer opgepakt moeten worden en we zijn volop bezig met de begroting voor de periode 2021-2024. Dit jaar kwamen daar nog een bezuinigingsronde en een aantal belangrijke dossiers bij die de nodige aandacht vergden. En dan zijn er natuurlijk ook de perikelen rondom Covid-19 die ons allemaal raken en bezighouden.
Waar thuiswerken tot maart een uitzondering was, is thuiswerken nu ineens echt de norm. Premier Mark Rutte en minister Hugo de Jonge hebben gesteld dat wanneer je thuis kunt werken, je dit ook echt moet doen. Op zich is er natuurlijk niets mis met een dagje vanuit huis werken, maar langdurig thuiswerken heeft consequenties. Voor werknemer, werkgever maar ook voor de samenleving en de (lokale) economie.
Ik werk als financieel professional voor een detacheringsbureau en ook ik werk nu volledig vanuit huis. In het begin vond ik dat eigenlijk wel prettig. Minder reistijd, meer effectieve werktijd en vrijheid om mijn tijd zelf in te delen. Nu begin ik ook de nadelen te voelen. Het vergt best wat zelfdiscipline om niet afgeleid te worden en Ik mis het contact met directe collega’s heel erg.
Normaal is mijn woon-werkverkeer een soort natuurlijke overgang tussen mijn werk en mijn privé. Tegen de tijd dat ik thuiskwam had ik mijn werkdag achter me gelaten. Door het thuiswerken merk ik dat ik ongemerkt langer werk en nog even iets wil afmaken. De scheidslijn tussen werk en privé vervaagt door het thuiswerken en als ik niet uit kijk dan verdwijnt hij helemaal en verliest privé de functie van rust en herstel. Daar worstel ik nog wat mee.
Ook het werk als gemeenteraadslid is anders dan voorheen. Hoewel we als politiek gewoon bij elkaar mogen komen om te vergaderen willen we het goede voorbeeld geven. Al vanaf de eerste lockdown in maart vergaderen we als gemeenteraad dus in principe niet meer fysiek. Zoveel mogelijk gaat digitaal. Alleen niet uit te stellen of bijzondere bijeenkomsten die niet goed digitaal kunnen worden uitgevoerd doen we fysiek. Dit bij wijze van hoge uitzondering.
In het begin was het wennen en waren de mogelijkheden nog niet berekend op de nieuwe manier van werken, maar dat is inmiddels geregeld. Het blijft lastig om mijn collega Raadsleden niet fysiek te ontmoeten. Op het beeldscherm is het lastiger om in te schatten hoe iemand ergens over denkt en hoe iemand zich voelt in een debat. Ook het napraten na de vergadering is hierdoor anders geworden. Dit doe je hoogstens nog met je eigen fractie. Niet meer met belangstellenden, inwoners of collega Raadsleden.
Het thuiswerken heeft door Covid-19 dit jaar ineens een enorme vlucht genomen en ik geloof echt dat werken nooit meer wordt zoals het daarvoor was. Na deze crises zal er veel meer thuis gewerkt worden. Bedrijven moeten daar goed over nadenken, want het heeft ook risico’s en kan negatieve effecten hebben. Zo wordt kennisoverdracht en innovatie moeilijker en mis je ook de inspiratie die face-to -face contacten met collega’s en klanten op kunnen leveren.
Volgens een rapport van één van de grootbanken in Nederland kan ongeveer 43% van de mensen thuiswerken. Dat is bijna de helft van de werkzaamheden! Voor de branches in de ICT, zakelijke dienstverlening en financiële instellingen is dit goed werkbaar. Als deze mensen een groot deel van de week vanuit thuis kunnen werken dan wordt het minder belangrijk om dicht bij het werk te wonen. Voor al die mensen wordt het een reële optie om op Schouwen-Duiveland te komen wonen en werken.
Hoewel toerisme erg belangrijk is voor onze gemeente, zijn er op Schouwen-Duiveland veel kleine en grote MKB ondernemingen en een groot aantal ZZP-ers in andere sectoren actief. Allemaal moeten zij nadenken over de mogelijkheden en gevolgen maar vooral ook de kansen van het nieuwe (digitale) werken.
Ik vraag me af of het thuiswerken en deze digitale ontwikkelingen kansen kunnen bieden voor onze (lokale) economie.
Om mensen die elders werken te verleiden om zich op Schouwen-Duiveland te vestigen als inwoner moeten we zorgen dat onze kernen leefbaar zijn en er kwalitatief goede voorzieningen zijn. Denk dan aan winkels, horecabedrijven, maar ook aan scholen, een goede infrastructuur en goede bereikbaarheid. De stads- en dorpsvisies zijn dan ook van groot belang. Voor zover we er als gemeente zelf geen invloed op hebben is het van belang met andere stakeholders in overleg te gaan of te blijven om dit te realiseren. Voorbeelden hiervan zijn duurzame energie, wegen en voldoende (zoet)watervoorzieningen en de aanleg van goede verbindingen (zoals het nieuwe glasvezelnetwerk rondom Zierikzee) en de bereikbaarheid van Schouwen-Duiveland.
Daarnaast is het belangrijk dat we onze lokale ondernemers faciliteren, ondersteunen en ook economische impulsen initiëren door hiervoor middelen vrij te maken.
Ik kijk weer naar buiten, ineens is het donker en tijd om af te ronden. Als fractie van Leefbaar zullen we alle ontwikkelingen goed volgen en daar waar nodig hiervoor aandacht vragen of initiatieven nemen.
Stilzitten is voor ons geen optie en afwachten kan grotere (economische) gevolgen hebben. We doen het graag samen met u. Dus heeft u hier ideeën over of wilt u hierover met ons van gedachten wisselen? Neem dan contact met ons op via het contactformulier.
Laten we samen werken aan de (lokale) economie en ons mooie eiland Schouwen-Duiveland!